Hoop geloof en liefde betekenis
Geloof, hoop en liefde betekent dat je ondanks de kwetsbaarheid van je leven, blijft vertrouwen dat de kracht van de liefde het sterkste is. Dat is een kwestie van lef en overgave. De inspiratie hiervoor vind je in de verhalen over god die mens werd. Bokant die deur aan die linkerkant is die woord HOOP geskryf. En bokant die deur in die middel, die grootste een van die drie, is die woord LIEFDE geskryf. Geloof, hoop en liefde. Drie dinge wat, volgens 1 Korinthiërs altyd gaan bly bestaan. Vandag gaan ons kyk na ‘n paar redes waarom geloof, hoop en liefde baie belangrik is in ons lewens. Hoop geloof en liefde betekenis 1 Kor. 13 kent een driedeling. In de verzen benadrukt Paulus dat uitsluitend liefdedaden waarde hebben. In de verzen omschrijft Paulus woord voor woord wat liefde wel en niet is. En in de verzen tenslotte verklaart hij waarom liefde zo belangrijk is. Het geloof en de hoop helpen ons op weg naar de eeuwigheid.
Christelijke deugden
De eerste vier deugden gaan terug op de Griekse filosofen. De laatste drie komen van het slotvers van 1 Korinthe Er zijn talrijke afbeeldingen in de schilderkunst van de zeven deugden. Bekend zijn de fresco's van de zeven deugden, samen met fresco's van de zeven hoofdzonden, van Giotto in de Cappella degli Scrovegni in Padua. De eerste vier zijn de kardinale deugden en gaan al terug tot de oudheid. Deze vier deugden zijn bijvoorbeeld te vinden in Plato’s Politeia. Aristoteles ging dieper in op deze deugden in zijn Ethica Nicomachea. De benaming ‘kardinale deugden’ is afkomstig van het Latijnse woord cardo, wat zoveel betekent als scharnier(pin). Dit woord werd.- Christelijke deugden Vanuit verschillende invalshoeken heeft men dit inzicht in onze tijd tot basis voor een mensbeschouwing gemaakt. Toch is hopen allerminst vanzelfsprekend. In de christelijke geloofstaal is de hoop vooral betrokken op de wereld die komt. 'Zonder God' zijn is Bijbels gezien ook 'zonder hoop' zijn (Ef. ).
Theologische deugden
Naast de zeven hoofdzonden die een rol spelen in de katholieke traditie is er ook een lijst opgesteld van de zeven deugden, bestaande uit de vier kardinale deugden en de later toegevoegde drie goddelijke of theologale deugden. Deze zijn. Terwijl de kardinale deugden door oefening verworven kunnen worden, zijn de theologische deugden afhankelijk van Gods genade. Je treft deze zeven deugden aan in talloze gebrandschilderde ramen en andere afbeeldingen in kerken. Theologische deugden In onze traditie worden geloof, hoop en liefde de ‘goddelijke of theologale deugden’ genoemd. Anders dan bijvoorbeeld de rechtvaardigheid of de matigheid zijn het inderdaad deugden die ge-richt zijn op God. Het zijn de basishoudingen waarin onze relatie met God gestalte krijgt.Naastenliefde betekenis
Naastenliefde is de liefde voor de medemens. Het omkijken naar andere mensen en zich medeverantwoordelijk voelen voor het welzijn van zijn medemens, ongeacht de specifieke kenmerken van die personen, zijn blijken van naastenliefde. ten·lief·de Verbuigingen: naastenliefdes (meerv.) liefde jegens de medemens Voorbeeld: 'Hij had veel naastenliefde in zich.'. Naastenliefde betekenis Die naastenliefde is de plaats waar wij God zelf kunnen ervaren. Dat is een revolutionaire theologie van liefde die Johannes ontvouwt: in iedere menselijke liefde, ook al is die nog zo gebrekkig, ervaren wij God.Vertrouwen betekenis
trou·wen 1) geloof dat iemand eerlijk is Voorbeeld: 'Hij heeft mijn vertrouwen geschonden.' Antoniem: wantrouwen iets in vertrouwen zeggen (iets zeggen dat niet doorverteld mag worden) iemand in vertrouwen nemen (iemand een geheim vertellen) 2). Vertrouwen is het hebben van een vaste overtuiging dat een gewenste omstandigheid, waarvan de beheersing buiten de eigen macht ligt, zich voor zal doen. [1] Op vertrouwen moet een beroep worden gedaan als over de omstandigheid geen zekerheid gekregen kan worden.Vertrouwen betekenis tr ou ·wen (vertrouwde, heeft vertrouwd) 1 met zekerheid hopen: we vertrouwen erop dat 2 vertrouwen stellen: hij is niet te vertrouwen hij is onbetrouwbaar 2 ver·tr ou ·wen (het ; o) 1 geloof in iemands goede trouw en eerlijkheid.